Vroeg aan het ontbijt
(7 uur). Daarna inpakken, uitchecken en de tassen die in Paramaribo
blijven in bewaring geven. Even na acht uur worden we opgehaald door een
minibusje en dat ons naar Albina zal brengen. Albina ligt slechts 140 km van
Paramaribo, maar de tocht duurt langer als de tocht naar Nickerie dat 2x zo ver
weg ligt. De oorzaak is de belabberde conditie van de weg. Er wordt wel met man
en macht gewerkt om dat te verbeteren door drie bedrijven, die elk een stuk van
de weg voor hun rekening nemen. Het eerste stuk door een Surinaams bedrijf, zo
te zien is het werk daar nog maar net begonnen. Het tweede stuk door een
Nederlands bedrijf. Die zijn bezig met de laatste werkzaamheden, dat stuk
kunnen we goed doorrijden. Het derde stuk wordt door een Chinees bedrijf
gebouwd. Die hebben een aantal stukjes klaar, maar het lijkt of ze overal
tegelijkertijd bezig zijn. We krijgen een goed beeld hoe zo’n weg wordt gemaakt
want we komen onderweg alle stadia meerdere keren tegen. Het stikt ook van de
zware vrachtwagens, bulldozers en walsen. Tientallen kilometers zigzaggen we om
gigantische kuilen in de weg heen.
We komen door het gebied waar de Maronen wonen, het volk van
de ontsnapte slaven. Dit is ook het gebied van waar in 1990 de burgeroorlog
onder leiding van Ronny Brunswijk heeft gewoed. Op vele plaatsen zijn er
noodbruggen te zien en gerepareerde gaten in de weg omdat het jungle commando
bruggen heeft opgeblazen en de weg heeft gesaboteerd om het staatsleger tegen
te houden. We zien ook een monument voor een Maronendorp dat door het
staatsleger met de grond gelijk is gemaakt, waarbij tientallen bewoners (waar
onder zwangere vrouwen, kinderen en bejaarden) zijn vermoord. De regering is
daarvoor door het international gerechtshof veroordeeld en moest nieuwe huizen voor de inwoners bouwen. Dat is
gebeurd, maar de meeste inwoners willen na wat er is gebeurd niet meer terug.
Ook passeren we onderweg het stadje Moemba, waar veel
amerikanen hebben gewoond om de bauxiet mijnen te exploiteren. Dat is vergane
glorie, de Amerikanen zijn weg nu de bauxiet veel minder opbrengt. Er wonen nu zo’n 15000 inwoners en
bijvoorbeeld het bioscoopgebouw is nu een kledingszaak…
Na zo’n vier tot vijf uur rijden (met onderweg een
ontbijtstop met een broodje en een kopje thee/koffie), komen we in Albina aan.
Het bruist er van de bedrijvigheid, vooral omdat veel mensen hier de overtocht
wagen naar Frans Guyana. De gids wijst de boten aan waarmee mensen illegaal
oversteken, handig dat ze zo gemakkelijk te herkennen zijn! We lopen er rond en
krijgen van onze gids een roti met kip als lunch.
Daarna stappen we in de boot voor een tocht van 5 kwartier
over de rivier naar Galibi. Onderweg begint het te plenzen. Sommigen hebben
regenkleding bij zich, maar de meesten niet en die worden behoorlijk nat. De accomodatie ligt aan het zandstrand aan de
rivier. Aan de overkant op zo’n 8 km is Frans Guyana te zien. We maken een
ketting om de bagage vanuit de boot door te geven naar de kant. We worden
welkom geheten in de eetzaal met een vruchtensapje met een stuk cake en
vervolgens legt de gids het programma uit. Tot het diner om 7 uur hebben we
vrij. Vannacht om 1 uur is het laag water en dan varen we een half uurtje naar
een strandje waar we hopen de zeeschildpadden te zien die eieren komen leggen. Helaas is het seizoen vrijwel
afgelopen, jammer dat het reisbureau deze toch niet eerder in ons programma
heeft gepland. Maar we hebben twee kansen: vannacht en de nacht erop.
Als het programma is uitgelegd begint het te regen en onweren
en het blijft een groot gedeelte van de middag regenen. Een mooie kans om de
blog bij te werken!!
‘s nachts om 1 uur vertrekken we voor een tocht van een half
uur naar het strand van Frans Guiana, om schildpadden te vinden.
We lopen er een paar uur heen en weer, hopend de grote "leadercase" schilpadden te vinden, maar het is zoals we hebben gevreesd te laat in het seizoen en we vinden ze niet. We vinden schokkend veel nesten die door de rondhangende zwerfhonden zijn opgegraven en geroofd. Juist omdat het zo laat in het seizoen is vinden we wel een heel stel net uitgekomen schilpadden, met name diegenen die onderop lagen (een nest bevat zo'n 50-100 eieren). We helpen ze een handje en ze verdwijnen snel naar de zee. Voldaan komen we rond half 5 in de ochtend flink moet in het guesthouse terug.