Drieeneenhalve week waren we in Suriname. In die tijd zagen we alle hoeken van dit tropische land. We vlogen naar het zuiden, slechts tot 100km van de grens van BraziliĆ« vandaan en logeerde in een plek met naar alle kanten slechts de jungle. We reden tot vlak bij de grens met Brits Guyana. We reden naar het uiterste Oosten en glipten een paar keer de grens naar Frans Guyana over en we spendeerde een aantal dagen in Paramaribo. We waagden ons leven door op de fiets door deze stad te rijden om de resten van ons Nederlandse coloniale verleden te aanschouwen. We sjeesden aan een kabel op tientallen meters hoog met een bloedvaart over de Suriname rivier, zwommen tussen de piranha's, we hadden een toekan en een sneeuwuil op onze arm, hielden een kaaiman vast, knuffelde met een luiaard en hadden een anaconda slang om onze nek. We spendeerde twee nachten tevergeefs op een tropisch strand om tropische zeeschildpadden te zien (slechte planning van ons reisbureau bleek). We maakte kennis met de vijf bevolkingsgroepen van Suriname en konstateerden dat men er heel vriendelijk is (merkwaardig genoeg relatief minder in winkels en restaurants..). We aten rijst met kip en kouseband tot we het niet meer konden zien. We aten roti met kip, tot we dat ook niet meer konden zien. Gelukkig kun je kip ook nog anders eten en een soms aten we ook vis... We bezochten (steeds vaker) Tangelo, waar we heel wat icecreamsoda’s weg tikten... We douchten soms drie keer per dag en soms ook drie keer per nacht. Is alles goed gegaan? We hebben twee keer een dokter moeten raadplegen voor pijnlijke oren, zijn een fotocamera, een sweater, een telefoonlader en een hoedje kwijt geraakt, dus, ja, het ging allemaal prima.
We koesteren de waardevolle en fijne herrinneringen aan een werkelijk fantastische reis en kijken nu al uit naar het prachtige fotoboek dat we met de 800 foto’s die we maakten gaan samenstellen. Ik bedank alle lezers en ik hoop dat de blog het lezen waard was.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten